Zoek op trefwoord :
Paradoxale verkiezingsresultaten
Verschenen in 'De Leunstoel' - 09-04-2015

In de vorige aflevering van de De Leunstoel schreef ik over het stemmenverlies van de Partij van de Arbeid bij de Statenverkiezingen, en over het verlies voor links in het algemeen. Wanneer de prognose voor de Eerste-Kamerverkiezingen op basis van die verkiezingen uitkomt, is het echter niet de PvdA die de komende twee jaar aan macht inboet, maar de SGP, hoewel die partij er een zetel bij krijgt.
Dat zit zo. De SGP voert nu samen met D66 en de ChristenUnie regelmatig overleg met de regeringspartijen over kabinetsvoorstellen om te zorgen dat die aangenomen worden in de Eerste Kamer. Die vijf partijen hebben nu samen 38 zetels. Daardoor is elk van deze partijen onmisbaar om aan een meerderheid te komen, de SGP even goed als D66. Stapt één partij op, dan gaat het feest niet door.
Naar verwachting zullen in de nieuwe Eerste Kamer die vijf partijen tezamen slechts 36 zetels hebben, dus geen meerderheid. Er zal dan een partij bij moeten komen. Voor de SGP zou het prettig zijn wanneer dat 50Plus of de Partij voor de Dieren zou zijn, want dan is er een nieuwe combinatie waarin de SGP onmisbaar is. Maar dat lijkt niet zo waarschijnlijk. Eerder zouden CDA of GroenLinks in aanmerking kunnen komen, en dan is de SGP niet meer nodig. Misschien wordt hij nog wel uitgenodigd, maar dat is dan uit beleefdheid. Het heeft geen zin meer om met een voorstel over een overspelbelasting te komen.
D66 claimt nu meer invloed omdat men meer zetels zou hebben gekregen. Dat zou dus ook voor de SGP moeten gelden. Maar als één partij weet dat het zo niet werkt, is het D66 wel. Daar moet men zich nog Paars II herinneren, waarin D66 niet nodig was voor een meerderheid in de Tweede en de Eerste Kamer en dus weinig in de melk te brokkelen had.. 
Wanneer het CDA voet bij stuk houdt, en geen deel wil nemen aan onderhandelin-gen vooraf, is GroenLinks de aangewezen partner. Die doet wat zuinig, maar zou door de weigerachtigheid van het CDA een ijzersterke onderhandelingspositie krij-gen. Terwijl zetelwinnaar SGP dus aan invloed inboet, krijgt verliezer GroenLinks dan juist meer macht. Dat is vooral vervelend voor de VVD. Die wordt bij de onderhandelingen over een nieuw belastingstelsel dan geconfronteerd met vier partijen die voor vergroening kiezen. Ondanks het zetelverlies krijgt de PvdA daarbij dan een sterkere positie.
Dat heeft de PvdA dan te danken aan het CDA, waar de cynische rekenaar Buma het belangrijker vindt om in 2017 te scoren bij de Tweede-Kamerverkiezingen dan om nu invloed uit te oefenen. Hoe linkser een nieuw belastingstelsel eruit komt te zien, hoe sterker het CDA komt te staan in de strijd om de gunst van hard werkend Nederland. Want hard werkend Nederland wil vooral lage energieprijzen en mega-stallen, niks geen vergroening. Hard werkend Nederland is ook hard rijdend Neder-land en hard stinkend Nederland.
Het verschijnsel dat stemmen winnen samen kan gaan met macht verliezen en om-gekeerd, is eigen aan een stelsel van evenredige vertegenwoordiging, en heeft niets te maken met de specifieke manier waarop de Eerste Kamer wordt gekozen. Het kan net zo goed gebeuren bij de Tweede-Kamerverkiezingen. Om dat te voorkomen moet je het stelsel zo aanpassen dat de kiezer zich rechtstreeks uit kan spreken voor meerderheidsvorming.
Die discussie loopt ook al weer vijftig jaar, maar met een andere aanleiding. Toen was het probleem dat er maar weinig verschuivingen optraden bij verkiezingen, waardoor het na de verkiezingen elke weer de vraag was of de partijen waar het CDA uit is voortgekomen met de PvdA of met de VVD zouden gaan regeren. D66 pleitte toen voor een rechtstreeks gekozen premier en voor een districtenstelsel. Je hoort daar weinig meer over, en dat is niet verbazingwekkend.
De rechtstreeks gekozen minister-president was geïnspireerd door de president van de Verenigde Staten. Als je ziet tot wat voor taferelen dat leidt wanneer die president moet regeren met een vijandig congres, ben je daar snel van genezen. Het distric-tenstelsel pakt in het Verenigd Koninkrijk nog grilliger uit dan een stelsel van evenredige vertegenwoordiging.  Dat geldt ook voor een hoge kiesdrempel, die in Duitsland ertoe geleid heeft dat de linkse partijen daar een meerderheid in de Bondsdag hebben terwijl een meerderheid van de kiezers rechts heeft gestemd.
We moeten een voorbeeld nemen aan Griekenland. Dat land kent vele problemen, maar niet dat je daar niet snel een regering kunt vormen. Dat komt omdat in Grieken-land de grootste partijencombinatie een bonus krijgt. Dat kan rechtstreeks bij de ze-telverdeling zoals in Griekenland, je kunt ook de zetels verdelen een twee stemmin-gen, waarbij in de eerste ronde de zetels op basis van evenredigheid worden ver-deeld en in de tweede ronde alle zetels gaan naar de grootste partijen combinatie. Je kunt ook de Eerste Kamer zo een nieuwe functie geven,  zoals ik weleens heb gesuggereerd. Als er inderdaad een staatscommissie komt die zich buigt over ons parlementaire stelsel, zou die dat ook mee moeten nemen.