Zoek op trefwoord :
Europese verkiezingen of nationale peiling?
Verschenen: 28-05-2014

Het waren verkiezingen voor het Europees parlement. Maar de partijen gedroegen zich toch vooral alsof het ging om een opiniepeiling over de nationale politiek. Daarom zie je in verschillende landen ook heel verschillende bewegingen. En daarom was het Alexander Pechtold die als winnaar triomfeerde, terwijl Sophie In ’t Veld er beteuterd bijstond. De uitslag liet zien dat Pechtold D66 getransformeerd heeft van een partij die op sterven na dood was in de grootste partij van Nederland. Geen geringe prestatie. Maar met Europa had dat allemaal niet veel te maken.

Het aanwijzen van Spitzenkandidaten door de grote Europese politiek families heeft  niets veranderd aan de nationale oriëntatie van de verkiezingscampagnes. In Nederland werden de Spitzenkandidaten door de verwante partijen buiten de deur gehouden, en hoogstens door de tegenstanders ten tonele gevoerd. Van Baalen moest uitleggen dat we het federalisme van Verhofstadt niet zo serieus moeten nemen.

De PvdA liep ook niet met Martin Schultz te koop, die toch vooral gezien wordt als een federalistische engerd die van het Europese parlement een Europistische actiegroep probeerde te maken in plaats van een plaats waar vertegenwoordigers van alle Europese landen met elkaar in discussie gaan, en even veel rechten hebben hoe ze ook over Europa denken. Schultz maakte het nog een graadje erger door toe te staan dat de SPD opriep op hem te stemmen opdat zo een Duitser president van Europa zou worden. Het was de eerste keer sinds 1945 dat een Duitser het leiderschap van Europa claimde omdat hij Duitser was en nog succesvol ook. Het leverde de SPD de grootste winst in landelijke verkiezingen ooit op.

Eigenlijk was er maar één partij in Nederland die een Europese Spitzenkandidat naar voren heeft geschoven, en dat was uitgerekend de PVV. Die gaf Marine Le Pen de ontvangst in Nederland die Juncker, Schultz en Verhofstadt zijn misgelopen. Ik begrijp niet wat Wilders daarbij bezield heeft. Terwijl de andere partijen de verkiezingscampagnes zo nationaal mogelijk hielden, presenteerde de PVV zich juist als onderdeel van een pan-Europese beweging.

Dat hebben de kiezers niet gewaardeerd. De PVV encanailleerde zich zo met partijen waar ze zich altijd van gedistantieerd had.  Wie eerder PVV stemde omdat hij zich zorgen maakte over het antisemitisme onder Marokkaanse jongeren, verloor dat motief. Maar het verlangen deel uit te maken van een serieuze fractie in het Europees parlement met meer spreektijd en meer subsidie slaat natuurlijk ook helemaal niet aan bij de PVV-kiezer, die vooral zijn middelvinger wil opsteken tegen Europa.

Het waren dus nationale verkiezingen, en de enige poging van een Nederlandse politieke partij om zich te presenteren als onderdeel van een Europese beweging is door de kiezers afgestraft. Daarmee is ook het experiment met de Spitzenkandidaten mislukt. De leden van de Europese Raad zijn veel meer gelegitimeerd als vertegenwoordiger van hun eigen land dan de leden van het Europees parlement. Zij moeten een capabele voorzitter van de Europese Commissie aanwijzen. Dat is moeilijk genoeg.

 

Gepubliceerd op de website van de Wiardi Beckman Stichting