In de tijd dat de student nog ‘het student’ was, was het ‘mos’ onder het minder snuggere gedeelte van de studentenpopulatie om de universiteit van Utrecht aan te duiden als ‘een universiteit achter Woerden’. Woerden was een klein plaatsje, en een universiteit daarachter, dat kon niets zijn. Inmiddels onderscheidt de universiteit van Utrecht zich van die van Leiden doordat ze daar wel Nobelprijzen in de wacht slepen, en hoor je die uitdrukking zelden meer.

Waar ze nog wel zo denken is bij de provincie. Daar willen ze niet dat Prorail onderzoekt hoeveel het kost om de spoorverbinding Leiden-Utrecht te verbeteren. Dat zou ten koste gaan van de verbinding Leiden-Gouda. Toch is de verbinding met Utrecht voor Leidenaren veel belangrijker dan die met Gouda. In Utrecht heb je een universiteit. Utrecht is het vergadercentrum van Nederland. Via Utrecht reis je door naar Den Bosch, Eindhoven, Maastricht, Arnhem, Keulen en Frankfurt. Kortom, voorbij Woerden begint de wereld. Vanuit Alphen reizen dan ook vier keer zoveel mensen door naar Utrecht dan naar Gouda.

Bezien vanuit de provincie weegt dit alles echter niet op tegen het feit dat Gouda in Zuid-Holland ligt. Bij een trein naar Gouda kan men als opdrachtgever optreden. Dat betekent dat de treinen een eigen ‘branding’ kunnen krijgen,en zo kunnen functioneren als rijdende reclamezuilen voor de provincie, net als die overdreven grote aanduidingen van de provincie bij de provinciale bruggen. Volwassen bestuurslagen als de gemeente en het rijk hebben dat niet nodig, bij Europese projecten zie je het ook.

Daarmee wordt net als door het vorige college van GS de treinverbinding Leiden-Gouda een provinciaal belang beschouwd, terwijl de reiziger meer belang heeft bij Leiden-Utrecht. Een gedeputeerde die wethouder van Utrecht geweest is zou dat laatste toch moeten kunnen begrijpen.