Zoek op trefwoord :
Partij van de Afvalligen of Partij van de Ayatollahs?
Verschenen in 'PvdA Leiden' - 06-06-2007

‘Alle burgers, inclusief immigranten, mogen rekenen op vrijwaring van discriminatie en op een respectvolle behandeling van culturele en religieuze uitingen die vallen binnen de grenzen van de democratische rechtstaat. Respect voor de geloofsvrijheid van anderen, acceptatie dat mannen en vrouwen, homo’s en hetero’s, in Nederland gelijke rechten hebben en het recht op geloofsafval horen daar ook bij.’ Aldus art. 3.3.4 van het Beginselmanifest van de PvdA, vastgesteld door het Delftse congres op 29 januari 2005.
Ik denk dat het de eerste keer was dat in een beginselprogramma van SDAP of PvdA het recht op geloofsafval expliciet werd genoemd. Dat komt omdat er inmiddels een groep Moslims in ons land is voor wie dat recht niet vanzelfsprekend is. Om daar tegenin te gaan wil onze partijgenoot Ehsam Jami, tevens op zijn 22ste al raadslid van Leidschendam-Voorburg, naar Duits voorbeeld een Centraal Comité voor Ex-Moslims oprichten. Dat zou afvallige Moslims moreel moeten ondersteunen wanneer zij hun geloofsafval kenbaar willen maken, en het risico lopen daardoor bedreigd te worden.
Dat zo’n organisatie ondanks de wat pompeuze naam geen overbodige luxe is, blijkt uit de reacties. Volgens Eddy Terstall, die het contact onderhoudt tussen Jami en de Tweede-Kamerfractie, ontving Jami zeer boze mails, zelfs van allochtone PvdA-bestuurders en leden. Sommige daarvan zouden zich zelfs ‘bezijden de wet’ begeven. Terstall heeft Jami ook geadviseerd om rekening te houden met het feit dat voor een deel van onze achterban principes aangaande deze materie (zoals in grondwet en partijprogram) (nog) niet vanzelfsprekend zijn.
Wat is dat? Jami zoekt bondgenoten om een essentieel onderdeel van ons beginselprogramma te verdedigen. En hij krijgt via via het advies van onze Kamerfractie om dat niet al te luid te verwoorden, want dan wordt onze allochtone achterban boos. Zou het niet beter zijn om aan die PvdA-bestuurders voor wie het recht op geloofsafval niet vanzelfsprekend is, te vragen wat ze eigenlijk in de PvdA doen?
SDAP en PvdA hebben zich altijd opengesteld voor gelovigen, maar zijn ook altijd een thuishaven geweest voor afvallige Christenen, niet alleen landelijk, maar ook lokaal. In de Leidse gemeenteraad is dertig jaar gestreden voor een bejaardenhuis waar ook buitenkerkelijken zich thuis voelden. De VARA had niet alleen een politieke boodschap; in 1934 uitte Gerbrandy de vrees dat de uitzendingen vooral de christelijke ethiek aantastten. De nieuwe aanwas van de PvdA in de jaren ’70 bestond voor een groot deel uit afvallige katholieken en gereformeerden.
Wie niet wil inzien dat Moslims even veel recht hebben van hun geloof af te vallen als Christenen, bedrijft in feite discriminatie. Net als die Duitse rechter, nota bene een vrouw, die onlangs verkondigde dat Islamitische vrouwen minder recht hebben op bescherming tegen huiselijk geweld dan andere, vanwege hun cultuur.
Toch lijkt het erop dat de PvdA aarzelt om Jami te steunen. Maar het recht op geloofsafval lijkt mij heel wat wezenlijker dan de vraag of er tijdens de Eerste Wereldoorlog nu wel of niet sprake is geweest van genocide op de Armeniërs. En zeker dan de vraag of een ambtenaar van de Burgerlijke Stand zijn beurt voorbij mag laten gaan wanneer twee mannen of twee vrouwen met elkaar willen trouwen. Bij dat laatste is het kennelijk niet van belang wat de Ayatollahs ervan vinden. Waarom dan bij het recht op geloofsafval wel?

Column voor de website van de PvdA-Leiden

Voor een discussie hierover zie: www.leiden.pvda.nl/nieuwsbericht/3186