Zoek op trefwoord :
Leiden is geen eiland, over de vier scenario's voor de ontwikkeling van de stad
Verschenen in 'PvdA Leiden' - 17-05-2004

De vier scenario's hebben meer gemeen dan je in eerste instantie zou denken. Alle vier gaan er vanuit dat er groei optreedt. Ook in het meest bescheiden scenario komen er een kleine 4.000 huizen en 10.000 inwoners bij. Bij alle vier is de Rijn-Gouwelijn heel belangrijk, zonder dat de negatieve effecten voor de wijken en omliggende gemeenten die niet aan deze lijn komen te liggen beschreven worden. En in alle vier de scenario's treedt de groei op binnen de huidige gemeentegrenzen, zoals ze bijna veertig jaar geleden zijn vastgesteld.

Tot op zekere hoogte is dat laatste verstandig, want Leiden heeft tot nu toe weinig resultaat geboekt met zijn uitbreidingspogingen. Dus kun je maar beter bekijken wat je op je eigen grondgebied wilt, en niet dagdromen wat er allemaal mogelijk is wanneer Vliegveld Valkenburg eenmaal wordt gesloten. U weet wel, dat vliegveld waar volgens de plaatselijke burgmeester niet gebouwd mag worden omdat a) de bodem vervuild is en b) het een onvervangbaar natuurgebied is.

Toch vraag ik mij af of, wanneer vast zou staan dat Leiden over het grondgebied van Vliegveld Valkenburg zou kunnen beschikken, het gemeentebestuur dezelfde scenario's had gepresenteerd. Waarschijnlijk niet, want dan zou de aandacht juist zijn uitgegaan naar wat er op het nieuwe grondgebied mogelijk is. Dan zou een veel sterkere groei van de stad mogelijk zijn geweest dan in de huidige scenario's, maar zou er tegelijkertijd minder behoefte zijn om de ruimte voor die groei binnen bestaande stad te vinden.

Voor de bestaande stad zou je dan vanzelf uitkomen op scenario vier, dat de kwaliteit van het wonen voorop stelt. Het maakt het mogelijk dat het oude plan om van de singels een groene zone te maken gerealiseerd wordt, waarmee de stadsvernieling in het verleden wordt gerepareerd. Misschien wordt dan dat lelijke gebouw van de Universiteit tegenover de Witte Singel ook nog eens gesloopt. Heerlijk toch!

Natuurlijk wordt het welzijn van mensen niet alleen bepaald door de kwaliteit van hun woonomgeving. Ze willen kunnen werken, en zijn verder afhankelijk van allerlei voorzieningen waarvan het draagvlak weer van het aantal gebruikers afhangt. Maar dat werk hoeft lang niet altijd binnen de grenzen van de eigen gemeente te liggen, en de medegebruikers van de voorzieningen hoeven ook lang niet allemaal in de eigen gemeente te wonen. De megabioscoop komt er niet alleen voor Leidenaren, en dat is maar goed ook.

In de scenario's wordt het belang van het feitelijk verloop van gemeentegrenzen overschat. Het is veel belangrijker hoe de verhoudingen tussen wonen en werk en tussen verschillende leeftijdscategorieën in de hele agglomeratie zich ontwikkelen dan alleen in Leiden. En dat is in feite weer een afgeleide van de ontwikkelingen in de Randstad.

Leiden moet niet proberen alles wat in de agglomeratie nodig is op zijn eigen grondgebied te laten gebeuren, en daarom tot een steeds grotere verdichting te komen. We zien nu al dat de Leidse Hout en het Roomburgerpark nodig zijn om scholen te kunnen bouwen. Leiden is al een van de dichtst bebouwde steden van Nederland, en dat stelt grenzen aan de groei. Anders krijgen we nog de situatie dat er een apart telefoonnummer komt voor als je in Leiden een boom gezien hebt, met de belofte dat wanneer je voor elven 's ochtends belt, de boom diezelfde dag nog wordt omgezaagd.

Scenario vier komt het meest overeenkomt met wat de meeste mensen in Leiden willen, maar ik denk dat het juist is opgesteld omdat men op het Stadhuis in één keer afwil van de bezwaren tegen het verder volbouwen van de stad. Dat merk je aan de tegenwerpingen bij dit scenario. De vraag wordt gesteld wordt of de huidige schaal werkbaar is. Voor wie eigenlijk? Voor het gemeentebestuur? Het lijkt mij toch echt onzin dat voor een goed functionerend gemeentebestuur een draagvlak van 143.000 inwoners nodig zou zijn. Voorzover er literatuur is over de optimale schaal van gemeenten, wijst die in de richting dat het optimum ver beneden de 100.000 inwoners ligt. Daarboven wordt het bestuur steeds maar ingewikkelder en daarmee duurder. Niemand kan volhouden dat het Leidse bestuur beter functioneert dan dat in kleinere gemeenten.

Ook voor de gemeentefinanciën maakt het per saldo niet uit of de stad sterk groeit of niet. Een grotere stad krijgt meer geld, maar een grotere stad heeft ook meer kosten. Om Leiden verder te laten groeien zijn grote investeringen in de infrastructuur nodig. Zo lang het huidige verdeelsysteem voor het gemeentefonds geldt, maakt het financieel niet eens veel uit hoe welvarend de inwoners zijn, omdat daar allerlei compensaties voor zijn ingebouwd. Wel heeft Leiden er groot belang bij dat er genoeg mensen in de Binnenstad willen wonen die in staat zijn monumentale woningen op te knappen en te onderhouden. Maar dat bevorder je juist met zo'n groene ring langs de singels. Je moet dan ook zorgen dat de hoogbouw buiten de Binnenstad het stadsbeeld in de Binnenstad niet te veel gaat domineren.

Het probleem lijkt me vooral dat ambtenaren en bestuurders meer plezier beleven aan grote projecten die nodig zijn om de stad te laten groeien, dan aan het in stand houden van de bestaande kwaliteit. Hoeveel eer leg je in met ervoor te zorgen dat mensen die hun oud papier kwijt willen niet de hele stad rond hoeven te reizen op zoek naar een container die nog niet uitpuilt?

In PG - Partijblad van de Leidse afdeling van de PvdA april 2004