Zoek op trefwoord :
Ontwkkeling Stationsgebied, visie Holland Rijnland
Verschenen in 'Rover' - 20-10-2016

Ontwikkeling Stationsgebied, visie Rover Holland Rijnland
 
Nu het gemeentebestuur tijdens het proces ter voorbereiding van door de gemeenteraad te nemen besluiten over verplaatsing van het busstation bij Leiden Centraal een informatieve bijeenkomst over het kaderbesluit uit 2012 heeft belegd voelen wij ons vrij om de gemeenteraad in dit stadium onze zienswijze in hoofdlijnen voor te leggen. Meer gedetailleerd commentaar (zoals de omvang) zal zijn verwerkt in de stukken die de ambtelijke projectgroep momenteel aan het opstellen is.

Het belang van het Openbaar Vervoer.
In de presentatie van 16 februari 2016 van de plannen rond het stationsgebied is al door de gemeentelijke woordvoerder erkend dat de belangen van het openbaar vervoer bij de vaststelling van het kaderbesluit in 2012 niet zijn meegewogen. Dat werd bij de presentatie van de supervisor voor de ontwikkeling van het stationsgebied op 13 oktober 2016 nog eens pijnlijk duidelijk.
Bij een reis van A naar B speelt een keten van vervoersmodaliteiten van deur naar deur een rol.  Ook een automobilist is eerst voetganger (of fietser of OV-gebruiker) op weg naar de geparkeerde auto en wordt weer voetganger (of fietser of OV-gebruiker) na het parkeren op weg naar de bestemming. De kwaliteit van het OV wordt verbeterd als de overstap binnen (maar ook naar) de OV-keten efficiënt is. Het treinstation Leiden Centraal dankt zijn goede positie vooral aan de goede overstap op de bus. Het gemeentebestuur heeft in de Duurzaamheidsnota uitgesproken de positie van het openbaar vervoer te versterken. Dat gaat echter niet vanzelf. Nu dreigt het OV  juist te worden verzwakt door de kwaliteit van knooppunten, zoals Leiden Centraal, te verminderen.
We erkennen dat er verschillende belangen in het stationsgebied spelen. Ook voor de OV-gebruiker is de omgevingskwaliteit van de knooppunten van groot belang. De bussen en de overstekende voetgangers op de Bargelaan hebben last van elkaar. Maar het gaat niet aan om het busstation af te doen als een plak asfalt op de verkeerde plaats en over de, nota bene voor de bussen aangelegde, Walenkamptunnel louter te spreken over meer te bereiken ruimte voor voetgangers en fietsers door de bussen eruit te halen.
Voor de verdere positiebepaling verwijzen wij naar de door ons op verzoek van het gemeentebestuur opgestelde notitie Bouwstenen voor een Leidse OV-visie. Wij werken dan ook graag mee met de recent ingestelde ambtelijke werkgroep die de Leidse OV-visie gaat opstellen.

De verbinding met de binnenstad.
Het stedenbouwkundig plan voor het stationsgebied gaat uit van een aantrekkelijke looproute vanaf het station naar de binnenstad, met versterking van de verblijfsfunctie op de Stationsweg. Een verblijfsfunctie kan echter conflict opleveren met een passagefunctie. Zo zullen gehaaste reizigers last kunnen hebben van terrassen. Maar een belangrijk punt hierbij is het verdwijnen van de fiets en de bus uit de Stationsweg. Voor de fiets is het alternatief de Kruisstraat en een nieuwe brug bij Volkenkunde die aansluit op het fietspad door de Walenkamptunnel. Deze nieuwe brug komt echter niet meer voor in de uitvoeringsplannen binnenstad. Dat betekent dat de Stationsweg een belangrijke fietsroute blijft, met beperking van de verblijfsfunctie.
Uit analyse van de herkomst-bestemmingsrelaties per OV (jaar 2015) blijkt dat de as Leiden CS – Breestraat – Lammenschans zeer belangrijk is. Voor  de ca 3 mln instappers op Leiden CS zijn de belangrijkste uitstaphalten (met meer dan 2%) resp Breestraat (4,5%), Verbeekstraat (3,5%), Lammenschans (3,3%) en Korevaarstraat (3,1%).  Omgekeerd stapt 53% van de instappers van de halte Breestraaat bij Leiden Centraal uit (en bijna 4% bij de volgende halte in belangrijkheid Lammenschans). De groei van de R-net lijn 400 blijkt ook voor het overgrote deel op het trajectdeel Leiden Centraal – Lammenschans te zijn, waarschijnlijk door de herkenbaarheid als bus die door de Breestraat gaat.
Daaruit blijkt hoe belangrijk de OV-verbinding Leiden Centraal – Breestraat is. Het centrummanagement zet op deze route de Trix-trein  in. Het is daarom zeer de vraag of het wel zo verstandig is om alle kaarten te zetten op louter voetgangers. Wij kunnen evenmin inzien dat de bus zoveel overlast veroorzaakt dat er op de Stationsweg niet enkele buslijnen zouden kunnen blijven rijden. Geluids- en stankoverlast van bussen behoort zeker met de invoering van elektrische bussen in de nieuwe concessieperiode  tot het verleden.
Verbinding met het Biosciencepark
De op één na belangrijkste uitstaphalte vanaf Leiden Centraal is nabij het Biosciencepark, de halte Verbeekstraat aan de Plesmanlaan. Deze halte trekt bijna 4x zoveel reizigers als de zes haltes op het Biosciencepark zelf samen. De verwachting is dat dit gaat veranderen nu de bussen het Biosciencepark via de Ehrenfestweg kunnen verlaten, en daarom een veel langere route over het Biosciencepark rijden. Het aantal ritten in de ochtendspits gaat met ingang van 11 dec 2016 van 8 naar 10 bussen per uur.
In het kaderbesluit van 2012 is voorzien dat de bussen naar Katwijk over het Bontiuspad gaan rijden. Nu het LUMC als grondeigenaar hieraan niet wil meewerken zal het kaderbesluit op dit punt herzien moeten worden. Hiermee wordt niet meer voldaan aan een belangrijke voorwaarde van onze kant in 2012 om geen bezwaar te maken tegen het kaderbesluit, en de uitwerking af te wachten. Of we wel bezwaar zullen maken tegen de voorgenomen wijziging zal afhangen van de oplossing van de route van de snelle bussen naar Katwijk. Een rijtijdverlenging van 3 minuten of meer is voor ons niet aanvaardbaar. Wij hebben er in dit verband op gewezen dat het een mogelijkheid is niet één busstation te maken, maar de bussen uit Katwijk aan de centrumkant te houden
Locatie Busstation Leiden CS
Tijdens de presentatie op 13 oktober 2016 verwees de supervisor veelvuldig naar het ontwerp van het plein voor het station in Rotterdam. Als we kijken waar het busstation in Rotterdam (de helft van het aantal in- en uitstappers van Leiden) is gelegen zien we dat dat vanaf de uitgang van het treinstation direct rechts tegen het spoor aanligt, vergelijkbaar met het busstation in Leiden. Een pleinachtig effect met een plint die het busstation aan de blik onttrekt is ook te bereiken door de voorzijde van het station, ter hoogte van Starbucks, naar de Stationsweg toe uit te breiden en zo een fraaiere stedenbouwkundige oplossing te bereiken voor het gehele stationsplein.
Procesgang
In de motie van 21 april 2016 verzoekt de Gemeenteraad het college van B&W meerdere scenario\'s op hoofdlijnen voor nieuwbouw van het busstation te ontwikkelen. Dat mede omdat de focus in het kaderbesluit van 2012 voornamelijk ligt op de ruimtelijk economische ambities en de verkeersstromen tot op heden onderbelicht zijn. In de brief van 21 juni 2016 aan de Gemeenteraad schrijft het College nog dat er twee te onderzoeken hoofdvarianten zijn. Tijdens het proces is dit gaandeweg verlaten en is de opstelling nu dat zolang de Gemeenteraad het kaderbesluit uit 2012 niet expliciet heeft veranderd dat het enige uitgangspunt is. Dit blijkt ook uit een brief van wethouder Laudy aan de wijkcomités van 10 oktober 2016, waarin wordt gesteld dat de motie van 21 april 2016 vraagt om een herbevestiging van de gemaakte keuzen in 2012. Dat laatste is echter iets geheel anders dan het gevraagde in de door de Raad aanvaardde motie.

Zoals in het begin opgemerkt worden wij door de gemeente betrokken bij het proces en in de gelegenheid gesteld inbreng te leveren. Aan het eind van het proces zullen wij de Gemeenteraad inlichten waar in de stukken onvoldoende met onze inbreng is  gedaan.