Zoek op trefwoord :
De gemeente verdwijnt van de kaart
Verschenen in 'De Republikein' - 22-03-2013

Anders dan provincies zijn gemeenten van onderop ontstaan. Ze komen voort uit de behoefte van mensen die bij elkaar wonen om te voorzien in hun gemeenschappelijke belangen. Daarom dragen van oudsher de meeste gemeenten ook de naam van een stad of dorp.

Met de bevolkingsgroei kwamen steden en dorpen ook tegen elkaar aan te liggen. Die gezamenlijke belangen werden zo sterk dat gemeenten werden samengevoegd. Watergraafsmeer, Kralingen en Loosduinen waren ooit zelfstandig, maar zijn nu deel van Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.

Later kwamen er ook samenvoegingen waarbij het niet ging om gezamenlijke belangen, maar om de bedrijfseconomische schaal. Dorpen die weinig met elkaar te maken hadden werden samengevoegd tot één gemeente zonder een duidelijk centrum, maar met voldoende inwoners om zich een gemeentesecretaris in schaal 18 te kunnen veroorloven. Is het in een kleine gemeente hommeles, dan concludeert men al snel dat de gemeente te klein is, bij een grote gemeente nooit dat hij te groot is.

Gefuseerde gemeenten moeten een nieuwe naam zoeken. Men noemde zich naar een onbetekenend riviertje, zoals Zederik of Bernisse. Men hield de namen van de fusiegemeenten in ere door er een streepje tussen te zetten, zoals Leidschendam-Voorburg. Men hanteerde rare fantasienamen als Stede Broec en Hollands Kroon. Of men afficheerde zich als deel van een provincie: Oost Gelre, Sudwest Fryslan.

Zo wonen er steeds meer mensen wonen in een gemeente waarvan je de naam nergens op een wegwijzer tegenkomt en die niet vermeld is op de meeste kaarten. Als je iemands telefoonnummer wilt, moet je zoeken onder zijn woonplaats, niet onder de gemeente. Herindelingen zijn ook niet altijd even duurzaam: Woubrugge ging op in Jacobswoude, en dat maakt nu weer deel uit van Kaag en Braassem.

Ik vraag mij wel eens af of iedereen zo nog de naam van zijn gemeente kent. Het komt in ieder geval de binding aan de eigen gemeente niet ten goede. Voor voorzieningen buiten het eigen dorp zijn mensen vaak ook meer afhankelijk van de naburige stad waar ze geen invloed hebben, dan van een dorp verderop dat tot dezelfde gemeente behoort.

Het regeerakkoord geeft een nieuwe impuls aan het herindelingsproces. Het is gebaseerd op de gedachte dat als je taken dichterbij de mensen wilt uitvoeren dat alleen kan door gemeenten die verder van de mensen afstaan. Tegelijkertijd wil men kleinschaliger organisatie in de thuiszorg, en minder hulpverleners over de vloer. Dat alleen grote gemeenten daarvoor kunnen zorgen wil er bij mij niet in.

In De Republikein maart 2013