Zoek op trefwoord :
Stemmen of onderhandelen
Verschenen in 'Overheidsmanagement' - 22-05-2009

Het is een bekend tafereel. De coalitiepartijen maken onderling afspraken, en de oppositie komt er niet aan te pas. Dus is de oppositie boos. Je ziet dat heel veel in gemeenteraden, waarbij dit mechanisme zich afspeelt onafhankelijk van wie er in het college en wie in de oppositie: de klachten van oppositiepartijen in verschillende gemeenten zijn vaak letterlijk hetzelfde. Zit de SP in de oppositie dan voelt die zich buitengesloten, maar in buurgemeente X is het de PvdA die daarover klaagt.
In de Tweede Kamer zag je na de bijstelling van het coalitieakkoord vanwege de economische crisis precies hetzelfde. Wilders’ PVV liep zelfs weg, terwijl iedereen weet dat wanneer de PVV in het kabinet zou zitten, Wilders niets aan het toeval zou overlaten. Daarentegen zou de PvdA in de hoogste boom klimmen wanneer dit met de PvdA in de oppositie gebeurd was. Met al die opgeklopte verontwaardiging onderschat men de intelligentie van de kiezer, en versterkt men ook de afkeer van het politieke bedrijf.
Is het dan niet veel democratischer wanneer er in de gemeenteraad of de Tweede Kamer gewoon gestemd wordt over een voorstel van B&W of kabinet, in plaats van daar vantevoren afspraken over te maken? Dan kunnen mensen echt naar elkaars argumenten luisteren, en heeft de burger ook nog wat in te brengen. Daar hebben we toch het dualisme voor uitgevonden?
In principe is dat zo, maar het is een ideaal dat niet altijd te realiseren valt. Je kunt stemmen of je in de gemeente koopzondagen wilt, en daarbij het verst gaande voorstel eerst in stemming brengen. Wanneer er dan drie partijen in de raad zitten waarvan een helemaal geen koopzondagen wil, de tweede op elke zondag, en de derde eens in de maand, wint de laatste fractie het. Daar zijn geen coalitie-onderhandelingen voor nodig. Wanneer er binnen de coalitie een soort koehandel wordt gepleegd met als uitkomst dat er geen koopzondagen komen, dan is een bekeuring voor degeen die zich daar niet aanhoudt zwak gelegitimeerd.
KVP en CDA hebben vaak dat soort coalitie-politiek gepleegd om te verhinderen dat het strafrecht in overeen werd gebracht met de meerderheidsopvatting in Nederland. D66 heeft een aantal malen geprobeerd zo staatsrechtelijke hervormingen af te dwingen waar in de Tweede Kamer geen echte meerderheid voor was, maar stootte dan zijn neus in de Eerste Kamer. De ChristenUnie lijkt daarvan geleerd te hebben.
Je kunt een probleem echter alleen oplossen door te stemmen, wanneer standpunten zich duidelijk en onomstreden in volgorde van verstrekkendheid laten ordenen. Vaak is dat niet zo, vooral niet wanneer het om financiële beslissingen gaat. Stel er is een financieel probleem, dat partij A wil oplossen door de belastingen te verhogen, partij B door de uitgaven te verminderen, en partij C door in te teren op de reserves. Voor geen van die opties is er dan een meerderheid in de raad. Je kunt ook niet zeggen dat het ene standpunt verstrekkender is dan het andere. Toch zal de uitkomst dan afhangen van de volgorde waarin de standpunten in stemming worden gebracht. De uitkomst hangt er dan ook vanaf wat partijen als tweede voorkeur hebben.
Stel dat zowel voor partij A als voor partij B een greep in de reserves de laatste optie is. Dan zullen ze, nadat hun eigen voorkeur is afgewezen, allebei voor elkaars standpunt stemmen. Beide partijen hebben er dan dus belang bij, dat hun voorstel pas als tweede in stemming komt. Maar er is geen reden het ene standpunt verstrekkender te noemen dan het andere.
Zo’n probleem valt alleen op te lossen wanneer A en B met elkaar gaan onderhandelen, en het er bij voorbeeld over eens worden het probleem gedeeltelijk op te lossen door hogere belastingen en gedeeltelijk door lagere uitgaven. Ze moeten dan samen zo’n voorstel doen, waarbij ze het ook nog eens moeten worden welke belastingen worden verhoogd en welke uitgaven verlaagd.
Dat kan wanneer ze beide de coalitie steunen. Onderhandelingen buiten de coalitie om leiden meestal tot een coalitiewisseling, en dat is ook terecht. Je gaat niet andermans onderhandelingsresultaat uitvoeren.

In Overheidsmanagement mei 2009.